Nieuwsarchief Digitale Gemeente Borsele vrijdag 20 februari 2009

Overleg bedrijventerreinen

De Bevelandse gemeenten en de provincie nemen een adempauze in de discussie over toekomstige bedrijventerreinen op de Bevelanden. Alle partijen hebben de extra tijd nodig om beter inzicht te krijgen in de daadwerkelijke behoefte aan bedrijventerreinen, waarbij ook de verplaatsing van twee betonbedrijven in het Goese havengebied - waar een woonwijk komt - wordt meegenomen. En er wordt onderzocht of en hoe het omstreden bedrijventerrein Sloepoort bij 's-Heerenhoek alsnog kan worden ontwikkeld.

Sloepoort is de aanleiding voor de discussie. De Raad van State haalde eind vorig jaar een streep door de ontwikkeling van dit bedrijventerrein in een procedure die was aangespannen door de dorpsraad 's-Heerenhoek en de stichting Behoud de Zak van Zuid-Beveland (BBZB). Volgens de Raad van State was er sprake van een overaanbod van bedrijventerreinen op de Bevelanden tot 2020. Het rechtscollege baseerde zich daarbij op een prognose bij het provinciaal omgevingsplan.

De gemeenten stelden vervolgens dat de behoefte aan terreinen te laag was ingeschat. "Wij ontlopen elkaar niet veel meer", liet de Borselse wethouder Marga Vermue na afloop van overleg met de provincie weten. Provinciaal bestuurder Harry van Waveren bevestigde dat. "Er is de laatste jaren meer grond uitgegeven dan verwacht", legde hij uit. "Ambtelijk wordt dat nu op een rijtje gezet." Van Waveren verwacht dat dit in mei, juni rond kan zijn.

Moeilijker ligt de verplaatsing van de Goese betonbedrijven, sinds de raad Reimerswaal deze week Schorebrug bij Kruiningen als alternatief afwees. Het wachten is op een studie van Zeeland Seaports naar locaties in Vlissingen-Oost. Van Waveren sluit in de tussentijd geen enkele andere optie uit, maar Goese Sas Oost als vestigingsplaats voor de betonbedrijven noemt hij 'moeilijk inpasbaar'. Dat de provincie met Schorebrug doorgaat, ziet Van Waveren ook niet snel gebeuren. Wat betreft Sloepoort is ook Zeeland Seaports aan zet, om aan te tonen dat er behoefte bestaat aan dit terrein buiten het eigenlijke havengebied Vlissingen-Oost dat zou moet worden vrijgehouden voor direct watergebonden bedrijven.