Containerterminal geeft amper verkeersoverlast.
In de beginfase van de Westerschelde Container Terminal (WCT) in Vlissingen-Oost
zullen vier van de tien containers over de weg worden aan- en afgevoerd. Naar
mate meer zeeschepen afmeren aan de nieuwe containerkade, wordt het rendabeler
het accent te leggen op het verdere transport van de stalen laadkisten per kustvaarder
of binnenvaartschip. Het
streven is dat uiteindelijk nog maar twee van de tien containers over de weg
gaan. Verwacht wordt dat dan 65 procent over het water wordt getransporteerd.
Van elke twintig containers gaan er drie per spoor. Meer is niet mogelijk in
verband met de beperkte spoorcapaciteit verder in het achterland.
De WCT moet op termijn goed zijn voor de behandeling van 1,5 miljoen containers
per jaar. Het milieu-effectrapport voor de containerkade zet de gevolgen van
het vervoer van deze containerstroom af tegen de ontwikkelingen die zonder
WCT mogen worden verwacht, zoals de ingebruikname van de Westerscheldetunnel,
de
beëindiging van de veerdiensten en de toename van overslag- en bedrijfsactiviteiten
in de havengebieden. Het rapport constateert dat
die gevolgen gering zijn.
Als het aandeel van het wegvervoer in het containertransport groot blijft,
kan de WCT op slechts één wegvak tot files leiden. En niet in
Midden-Zeeland maar in Zeeuws-Vlaanderen: op de N253 tussen Westdorpe en Sas
van Gent. Wel wordt
ervan uitgegaan dat de N254 tussen Vlissingen-Oost en de A58 moet worden aangepast
om de capaciteit te vergroten.
Andere wegen kunnen worden ingericht volgens de uitgangspunten van duurzaam veilig.
Voor een aantal spoorwegovergangen zijn extra veiligheidsmaatregelen
nodig. |